Notes |
- "Palmslag der zathe te Oosterboorn, bewoond door Jetze Atzes Dijkstra. Na sommige verhogingen van eenige percelen is zij eindelijk in zijn geheel toegewezen aan de WelEdele Heer Buma te Leeuwarden, ? 36209.-, ? 360.- molen, ? 360 mesthoop, ? 5.- hek, makende met de 11 procent kosten en mesthoop ? 40956.-. Zeer hoge prijs."
- "Boelgoed ten huize Jetze A. Dijkstra c.s. Alles zeer duur, bijzonder het levendige; 68 stuks hoornvee beschreven voor ? 5665.-. Zeker over de zevenduizend guldens verkocht in waarde, de opcenten nog boven dien. Paard was er niet. Dat was oud en jong, klein en groot, zuivere waaro f gebreken, ieder meer dan ? 83.-."
- "De zathe bij Jetze A. Dijkstra c.s., Oosterboorn, verlaten en betrokken bij Jelle Uiltjes van Oosterend, Hennaarderadeel. Dijkstra c.s. en Piersma komen in ons [Lieuwe Jans de Jong] Dorp te wonen; geen boer meer, gelijk ook de beide broeders weduwen Koopmans. Het land der eerste zal gebruikt worden bij H.W. de Graaf. De zathe der laatste is gehuurd en wordt betrokken door Pier. H. Hofstra, wiens kleine boerderije of koemelkerije is aanvaard door Harmen H. Hofstra, de broeder van Pier, voor eenige dagen getrouwed. Het heerlijke weder is gelukkig en schoon voor de verhuizers."
- gebruiker
- "Den 19den was stemming geweest voor 3 gemeenteleden. W.S. Hylkema, R.H. Watzema en J.P. Boetje herkozen. Ik [Lieuwe Jans de Jong], geen 15 guldens lasten betalende, geen stemmer. Bij de opening der stembilleten waren twee briefjes, die drie vrouwen hadden gestemd, en wel deze drie: de vrouw van Jetze Atzes Dijkstra, de vrouw van Wiebe Hendriks Oosterwoud en de weduw Klaas de Jong. We geloven ook dat het broekjoffers zijn. Ontvangers Dijkstra's vrouw, Teetske Jacobs de Jong, koopman Oosterwouds vrouw, Hylkje Stoffles Koopmans, de Jongs weduw Richtje Nelles Kuipers. Zij worden ook niet sterk bemind bij de maatschappij als trotch, eigenwijs, eigenzinnig en heerschend van aard en huis en daarbuiten, beschouwd. 't Zijn ook mede van de ergste tegenstanders der vereeniging onzer beide Doopsgezinde gemeenten, leden van het Nieuwe Huis allen. Het was een grap, maar een gepaste grap, een spijker op de kop. Nog worden ze uitgelagchen bovendien en spottend nagewezen."
|