Notes |
- "Het weder is zacht, stil en bedaard, behalve de twee leste dagen. De schipperij is meest uit van huis. J.A. Slottje ligt met een lading brandhout in vragt bij Rotterdam, doch heeft wel meer Friesche schippers bij hem. Rondsom bezette schepen in en door het ijs."
- "Den 15den het huwelijk voltrokken onzer [Lieuwe Jans de Jong] dochter Jeltje met Jouwert A. Slottje. Is een aardige bijzonderheid. De beide grootouders van den man waren Adam en Teetske, en Jouwert en Jeltje. Zoo ook thans, de vrouw van Adam is ook nu een Teetske, en de vrouw van Jouwert is ook nu een Jeltje. Hun beider zuster zijn ook genoemd Teetske en Jeltje, beiden in leven. Dezen hadden een in ons Dorp overleden familielid oud 113 jaar. Deze was van vaderszijde. Van moederszijde uit het geslacht van Gerben Thomas Brouwer, de kerkvoogd bij het stichten der toren in ons Dorp in 1735. Mede-oprichter der Nieuwe Doopsgezinde gemeente in ons Dorp en Leeraar bij de zelve, 1738."
- "Heden is Jouwert met zijn schip te Oude Schouw, met turf uit Groningerland. De lijfdragt enz. van ons [Lieuwe Jans de Jong] dochter Jeltje, zijn echtgenote, gehaald. En 's avonds van ons allen afscheid nemende zijn zij vertrokken. God schenke hun Zijn zegen. Amen. Ons Froukje is de eerste reis als gezelschapsjuffer met huun mede gegaan, de eerste reis naar Utrecht, gezellig voor de zusters, gezond voor Froukje."
- "Een brief van J.A. Slottje van Utrecht. Allen daar gezond (God dank). Door tegenwind belet hier te komen. Naar Zwartsluis om turf geweest, verkocht en nu puin geladen om naar Groningen te gaan. Heden vertrokken met gunstige wind, dan nog bijtijds op Oude Schouw voor Froukje in haar dienst (dato den 9den). De groeten en ondertekend door alle drie. En verwarchten een brief van ons [Lieuwe Jans de Jong] op Oude Schouw terug. Ja ja! weer tegen wind van daar."
- "een brief [Lieuwe Jans de Jong] naar wed. Meyer, Oude Schouw, aan ons kinderen, wanneer zij daar met hun schip komen."
- "Het schiip geladen met puin naar Appingedam, door tegenwind belet te varen. God dankende voor hunne en ons aller gezondheid. Ook schipper Jouwert, nog op zijn schip, goed gezond. Verblijd. Jeltje in het Dorp op bezoek bij haar mans famillie en eigen betrekking. En patent voor hun schip "de Twee Gebroeders", metende 81 ton."
- "Jouwert komt ook, met hun schip te Oude Schouw."
- "Vertrokken ons [Lieuwe Jans de Jong] dochter en haar man naar hun schip, vervolgens naar Groningen, Appingedam. En turf terug."
- "Een brief van onze [Lieuwe Jans de Jong] kinderen, schipper, van Groningen, dato den 23sten. Gezond en wel. Had last op teerprijs, was 10 guldens de 60 N.kan of 16 2/3 cents de kan. Berigt weerom."
- "Heden waren schipper Slottje en vrouw met hun schip op Oude Schouw. Anske is bij hun geweest. Alles goed en wel, geladen met lange turf uit Groningerland, de wind zoude de bestemming aanwijzen, Utrecht of Holland Zuid. Goede reis. Teer, gort, twee stoelen, tabak en een door Jeltje gemaakte jongensbroek door Anske gehaald. Spek en kaas aan hen gebragt."
- "Een brief van onze [Lieuwe Jans de Jong] kinderen, schipper, van Dordrecht. In Utrecht de turf verkocht. Repareren te Dordt. Was daar kermis. Alles goed en gezond, zoude Maandag met een vracht hooi naar Utrecht, waren een schipbrug gepasseerd, lag op 27 schepen."
- "Een brief van onze [Lieuwe Jans de Jong] dochter Jeltje, gezond en wel, vanaf Utrecht, waar zij den 1sten waren gekomen met de vlag op, de eerste vragt hooi. Hadden onze brief ontvangen, zouden nog 3 ? 4 reizen doen, Utrecht, Haarlem, Amsterdam enz. Spoed en zwaar, maar goede verdiensten. De vrachten ruim, niet veel verzending, zoon het scheen. Schepen lagen op hopen, doch hadden niet, en wisten niet. Wenschte gezondheid en zegen. Amen! Bij het een en ander berigt terug, adres Jan van Houlingen te Giessendam. Was het te Dordrecht kermis, nu was het kermis te Utrecht."
- "Heden ook een brief ontvangen van onze [Lieuwe Jans de Jong] kinderen Jouwert en Jeltje dato 16 Julij, Hartgeveld post Gorinchem, Zuid-Holland. Mij - hun vader - geluk wenschende naar ligchaam en ziel voor mij zelfs en in mijne kinderen, dat het ons wel mogt gaan, op mijn jaardag. Al zijn zij in Holland, zij vergeten ons niet. Zij waren op hun derde reis naar Utrecht met hooi. Nog was het daar kermis. ... Ons allen wenschende heil, gezondheid, en oom Herre de groeten."
- "Onze [Lieuwe Jans de Jong] ontvanger Nederveen vertrekt naar Oud-Beijerland cum annex als ontvanger. Hoe is het met het boerenproces? Ik had nog effen voor hun vertrek een verschil met zijn zoon Jan, hier in ons Dorp, wegens een pretentie ten laste van ons schoonzoon Jouwert over directe belasting, patent deze achterstallige som. Wat ik eerst aannam, maar bij inzage der stukken vond ik mij verpligt te weigeren, zoo lang ik geen orders hiertoe van Jouwert had. Den 18den geschreven - zie daar -, en nig geen berigt weerom. Is de brief niet overgekomen? Of wordt zij opgehouden?"
- "Een brief van onze [Lieuwe Jans de Jong] kinderen van Rotterdam, gezond en wel. Hij schrijft, Nederveen maar te betalen, dit is het lest, hij is weg. Zij lagen te Rotterdam met een vragt hooi. Schadelijk voor hun, kunnen niet verkopen, en kunnen nu niet voor een ander. Doch met het sluiten van de brief melden zij twee, drie of vier vragten vlas van Duiveland uit Zeeland. Zij hadden de Amsterdamsche moordenaar gezien (zie Leeuwarder couranten lest Julij en eerst Augustus), en de statie van een gestorven juwelier. En goedkoop kopen daar. Adres Vrouw van der Meide te Dordrecht. Groetenis. Getekend J.A. Slottje en J. de Jong."
- "Een brief van onze [Lieuwe Jans de Jong] kinderen, Dordrecht. Gezond en vlug. Den 15den onze brief ontvangen, afgezonden den 8sten. Moesten weder te Dordrecht op de werf. Twee reizen met vlas gedaan. Dachten, zoo zij geen vrachtvaart kregen, om turf naar Groningen of Friesland te gaan, zoo de Appelscha Vaart open is. Het geval met Nederveen maar redden met cure, zoo mogelijk. Spoedig een brief terug, het zelfde adres, Vrouw van der Meide of van der Heide. Groet en zegenwensch. Was getekend J. de Jong."; "21. Hun gemeld: Appelscha was nog dicht, de sluis."
- "Brief van onze [Lieuwe Jans de Jong] kinderen van Rotterdam van 18 dezer. Ruim 14 dagen op de Dordsche werf geweest, ruim ? 150.- vertimmerd. Daarop een vragt lijnzaad naar Jutfaas gebragt, bij Utrecht. Van daar naar Rotterdam, steenkool geladen te Schiedam. Daarmede naar Amsterdam, verwagtende daar een brief van ons, adres weduw Heeghoed, in de Warmoesstraat. Te huiskomst was weinig hoop, onbepaald wat verders. Zouden ons veel kunnen vertellen, niet schrijven. Hadden 5 el Engelsch leer goedkoop voor Moeder gekocht. En een pak Merinos, geen mooi. Moesten drie kazen voor hun houden. Waren al den tijd springlevendig geweest, en hoopten het zelfde van ons ook te mogen vernemen. Get. Jeltje de Jong."
- "Tusschen 2 en 3 uur kwam ons [Lieuwe Jans de Jong] dochter Jeltje hier. En voornacht ook ons schoonzoon Jouwert. Waren met hun schip bij Nieuwe Brug om turf voor een amsterdamsche Jood. Och, hoe verblijd waren wij allen, God dankende voor hunne overkomst, altoos gezond en wel, allen, zoo wel zij als wij. Zedert 19 Mei niet met hun mondelijk gesproken, wel per brief. Geschenken en gekochte goederen medebrengende. 't Was feest."
- "Ons [Lieuwe Jans de Jong] dochter Jeltje naar Nieuwe Brug gebragt. Jouwert was vroege morgen vertrokken. Met paard en wagentje, in compagnie mijne echtgenote en Jouwerts broeder en zuster Adam en Jeltje. Eenige verversching, en terug, met hartelijke zegenwenschen wederkerig."
- "Late avond komt schoonzoon [Lieuwe Jans de Jong] Jouwert ons een bezoek brengen. Lagen met hun schip weder op Nieuwe Brug om turf voor de Amsterdamsche Jood, Kalf en comp."
- "Ons [Lieuwe Jans de Jong] schoonzoon naar Nieuwe Brug gebragt. En ons dochter Jeltje teruggehaald, die hier ??n reis zal blijven, bij hunne ouders. Niet gedacht."
- "Heden avond een brief van schipper schoonzoon [Lieuwe Jans de Jong] Jouwert van Amsterdam met een inliggende voor zijn vrouw onze dochter Jeltje, die nog bij ons is. Hij had een vracht lange turf aangenomen van Zwartsluis naar de Willemstad of liever naar bovensluis onder Willemstad Noord-Braband. Zoo blijft onze dochter hier nog zeker een paar weken, wel tegen hun beider zin, doch de verdienste was te zoet, te goed om af te slaan. Hij verwagtte weder een brief terug; adres: de sluismeester van de groote sluis te Gouda, onze gezondheid gewenscht."
- "Later avond komt ons [Lieuwe Jans de Jong] schoonzoon Jouwert van af de Lemmer, waar hun schip was, ons een bezoek brengen, en vooral zijn vrouw ons dochter Jeltje, die zedert 17 October bij ons geweest is. Kon om het ijs nu niet verder komen, doch zoo mogelijk was hij van plan om met nog een lading turf voor eigen rekening naar Zeeland te gaan, en zoo mogelijk ook terug. Doch wat weten wij van het weder, wat het worde."
- "Zondag. Jouwert en Jeltje (daar hij gister late avond hier weder was gekomen) van ons [Lieuwe Jans de Jong] vertrokken naar het Dorp en hun schip, ons dochter hier geweest bijna 7 week, zedert 17 October. Zoo mogelijk morgen de lading vol in hun schip en dan naar Zeeland op avontuur (Zierikzee). Blijft het lang genoeg open water, dan is hun wensch om in ons Dorp op te leggen, 't welk wij allen gaarne wilden, biddende: Heer! wees hun en ons allen een schutsheer in gevaren. Amen!"
- Een brief dato 29 December 1854, Zierikzee Zeeland, van onze [Lieuwe Jans de Jong] kinderen Slottje, gezond en wel. Waren daar 's avonds voorheen in de haven gekomen. Hadden de Kersdagen in de Kil doorgebragt op genade van anker en ketting. Hadden veel met storm en stilte geworsteld en vooral deze leste week. Konden geen brief bestellen, niet aan land komen!! En dan de Zeeuwsche Stroomen, een gevaarlijke vaart in de winter, stroom, eb en vloed, ondiepten en zandmalingen. Komt daarbij een stormwind, zware mist of harde buijen, blijft alles gevaarlijk."
- "Antwoord op de ontvangen brief van onze [Lieuwe Jans de Jong] kinderen van dato 18 Januarius, van zekerlijk St. Annaland op Tholen, terug, adres aan schipper Jouwert Alberts Slottje in zijn schip te St. Aland (Anland of Annaland), Zeeland, over Breda en Scherpenisse. Bij ons ontvangen 21 Januarius. Heden antwoord terug. Waren na eenige tonnen turf te Zierikzee te hebben verkocht (geen geld bij de menschen) naar St. Annaland op Tholen gevaren. Zij waren gezond en tevreden ofschoon geen bekenden, de menschen arm maar goed."
- "Zondag. Een brief van onze [Lieuwe Jans de Jong] kinderen van St. Annaland, eiland Tholen Zeeland. Een jeremiade an droevenis, spijt en beschuldiging van miskenning van hun vorig schrijven. En mijne bestraffingen over eenige dingen aan hun geschreven. O1 hun gemoed was zoo vol, hun rust verloren. Zij wisten niet dat het zoo door ons begrepen moest worden, dan moesten wij hun niet onder onze kinderen rekenen. Dan hadden wij hun miskend, verloochend. Dan rekenden wij dat zij ons bedrogen hadden en wat al meer. Zij bedankten ons toch voor onze goede raad van voorzichtigheid met het ijs enz. En hoopten toch bij slot weder een brief van ons te ontvangen met betere inzichten in die zaken. En hartelijke groeten. Getekend als dochter Jeltje de Jong, op schrift van onze schoonzoon Jouwert. Lagen nog te St. Annaland, en het regende en dooide daar bij de afzending den 6 Februarius 1855."
- "Een brief terug aan onze [Lieuwe Jans de Jong] kinderen. ... Ik heb vier punten van aanmerking op hun schrijven beantwoord. 1 Over hun verblijf daar tegen woord en belofte (maar hun anders niet mogelijk, schreven zij). 2 Over het last boonen, door ons met geld begrepen. 3 Over hun geld leenen, van het welk ik noch jota noch tittel wist. 4 Over hun adres, dat in stede van St. Aland St. Annaland was...."
- "Een brief aan onze [Lieuwe Jans de Jong] te St. Annaland, eiland Tholen, provincie Zeeland, den 4den verzonden. De inhoud was: Als zij nog mistroostig waren, of poetje het oog nog uit was, was de kat in de kerk geslopen. Hij zou er uit, al was hij de duivekater. ..."
- "Een brief van onze [Lieuwe Jans de Jong] kinderen van, gelijk zij schrijven, St. Anland van 8 dezer. Nu redelijk gezond, ons dochter deze winter wat verkoudheid, hoest en slijmen, die nu waren opgeruimd bij korte dagen. Zij wilden weder naar Zierikzee. Te St. Annaland was het mis geweest. Zij hoopten daar vaste turfvaart te krijgen. En wijs geworden door ondervinding hoopten zij op een ligting van Brouwershaven. Hadden voor ons een mud boontjes gekocht, 10 guldens. Daar was rijzing en duurte. Hun aardappelen waren op, daar 4 ? 5 guldens de mud, en geen besten nog. Zij maakten hun eigen brood en laten het dan bakken. Zij ried Froukje in huis te nemen, dan kon er eens een van hun met de schipper of tot gezelschap. En voor moeder gemakkelijker. Verblijd over de nieuwe kerk, doch kon het Avondmaal niet bijwonen (ook ik niet, mijn kind). Daar was een slechte leeraar, een Oost-Fries. Voor de stad Dordrecht liepen ze nog over ijs, maar bij hun was het open water. Zoo spoedig mogelijk kwamen zij hier in Friesland om turf. De groeten aan allen, J. de Jong."
- "Gister een brief van ons [Lieuwe Jans de Jong] kinderen van Zierikzee van 15 dezer. Zij waren daar allen redelijk gezond. En de ongesteldheid van ons Jeltje zoude zich wel ontwikkelen door tijd en zwoele lucht. Hun turf gelost. Zij houden beurtgoederen laden en brengen aan den Rotterdamsche Stoomboot, weder terug, nog eens. Daar was alles open. En mogelijk dan naar Friesland om turf, zoo was hun plan. Zij hadden een hartelijk verlangen hiertoe, zoo het maar open water was. Zij vroegen ons belangstellend over onze gezondheid en het ijs. Morgen was daar paardenmarkt en feesten. Zij ging een th?visite maken. En hij en de knecht maakten het schip gereed tot lading."
- "'s Avonds, scheemer, komt Goddankende blijdschap hier bij ons [Lieuwe Jans de Jong] ons dochter Jeltje, van af hun schip, tweehuis Haskerland. Kwamen van af Zierikzee, hadden eerst een beurtveer reis gemaakt van daar op de Rotterdamsche Stoomboot, en terug. Toen zeepasch geladen naar de glasblazerije bij Wisop of Muiden, van daar in bijna 6 uur te Lemmer. Met de woorden 'Dy libbet komt weer' trad zij bij ons in de kamer. De kinderen kwamen allen met bloote voeten van het bed af, verheugd en verblijd."
- "Vertrokken van hier, 's avonds Dorp, ons [Lieuwe Jans de Jong] kinderen Jouwert en Jeltje en zoon Willem, die provisioneel een reis met hun doen zal naar Zierikzee, naar het schip te Nieuwe Schouw."
- "Een brief van onze [Lieuwe Jans de Jong] kinderen van Zierikzee van 1 Mei. Allen gezond en wel. Den 17den van af het Akkrummervak, 's nachts ??n uur onder Durgerdam. Woensdag morgen door Amsterdam. Een dag in de Kil gelegen, de zondag te Zierikzee. De turf was gelost, met genoegen, veel te kort. Den 2den bier laden naar Rotterdam, en dan naar Zwartsluis om lange turf, naar Zierikzee gebragt, en dan naar hier. Hadden bij Kapitein H. de Boer op th?visite geweest op de verjaring van hun meisjes, grootscheeps (nog weet ik zeer goed, dat ik hem als weesjongen in de kolonie Veenhuizen eens een dubbeltje gaf). Onze Willem was best vergenoegd bij hun. Wenschten een brief terug te Rotterdam, adres H. de Lange, over gezondheid, vee, land."
- "Heden avond kwamen onze [Lieuwe Jans de Jong] kinderen schippers bij ons onze Willem te huis te brengen. Alle gezond en wel. Zij waren met zout naar Zwol geweest. En nu bij ons Dorp met hun schip, bij de helling van Boontje om reparatie. Niet naar Zwartsluis geweest om turf."
- "'t Is feest. Een menschenfeest dezen 25sten Meidag. Het 25-jarige Grietman- en Burgemeesterschap van onzen [Lieuwe Jans de Jong] Jhr W.H. Lycklama ? Nyeholt. Van alle molens waaijen vlaggen, zelfs nog van boereschuuren. 's Avonds muzyk, het afsteken van vuurwerk. Een waar volksfeest door honderden vlaggen opgeluisterd - bijzonder van ons schoonzoons schip. Deed hem en zijn vrouw een gevoel van weemoed geboren worden, tot tranen toe."
- "Zondag. Pinkster. Ik [Lieuwe Jans de Jong] voor de eerste keer naar Dorp en kerk zedert November 1854. Met wagentje erhen gebragt. Eten bij ons kinderen in hun schip. Een God dankend feest voor mij. Waar betracht?"
- "Heden avond vertrokken van ons [Lieuwe Jans de Jong] naar hun gerepareerd schip ons kinderen Slottje. Hadden een gedeelte lange turf van boven Gorredijk. Nu naar Nieuwe Brug tot bijlading (ons Jeltje ontvangen haar ? der van oom Yde gebragte ? 224.-. En Anske heeft Jouwert ? 100.- op intres gegeven. Wij 4 stoelen en verfstof betaald). Wanner komen zij weder te huis? Of hoe houden wij communicatie? Bij ons adres gelaten, Dinge de Vos, makelaar te Zierikzee. God bescherme ons allen. Amen!"
- "Heden een brief van onze [Lieuwe Jans de Jong] kinderen van Spaarndam van 7 Julij, waar zij met zout lagen, naar Permerend bestemd. Binnen een week verwagten zij hier te zijn. Dan ons Froukje met schipper Jouwert en ons Jeltje bij ons. Weder naar Zeeland, blijven zij daar zeker met hun shcip, of in Holland en Zeeland, vlasvaart, en dat was het doel niet met ons Jeltje en haar verwagte... De aardappelen daar 25 cents de 5 kop, en goed. Geschreven door Jouwert ene med ondertekend door Jeltje. Zij waren in vier dagen gelost en hadden weder dito, en vracht verkocht. Zij waren gemoedigd. In drie dagen vanaf Oude Schouw tot Zierikzee gezeild."
- "Zondag. Schoonzoon Jouwert komt. Lagen met hun schip in lading op Nieuwe Brug, vervolgens weder naar Zierikzee. Anske rijdt met Jouwert naar zijn schip en haalt onzen [Lieuwe Jans de Jong] dochter en een jogetje van Zierikzee, met den schipper hier in Friesland om plezier. Om morgen terug te komen en ons Froukje te halen, die met hun zal varen als huishoudster, zoo lang Jeltje bij ons is. Dat God geve dat zij gelukkig mogen zijn in alles."
- "Heden avond komt schoonzoon Jouwert hier, en vertrekt weder naar zijn schip te Nye Schouw met Froukje en de Zierikzeesche pleizierjongen Jakob. In de Lemmer lange turf bijladen en dan weder naar Zierikzee en vervolgens vlas varen. Heden verlet gehad door de zware donderbuijen. Nog is de wind hem gunstig, Oostelijk. ... Nood-adres Vrouw van de Heide te Dordrecht..."
- "Inventaris der nalatenschap van wijlen Lieuwe Jans de Jong... Andere schulden: Aan Jouwert Slottje te Oldeboorn, voor geleend geld, vijftien gulde vijftig cent"
- "Inventaris der nalatenschap van wijlen Lieuwe Jans de Jong... Aldus gedaan en verleden op dato en plaats voormeld, in tegenwoordigheid van Pieter Coz?e, ontvanger van accijnzen, en Uiltje Baukes Westerterp, koopman, beiden wonende te Oldeboorn, als getuigen, even als al de in dezen verschijnende personen aan ons Notaris bekend. En hebben de requiranten, de toeziende voogd en de getuigen deze minuut na gedane voorlezing met ons Notaris onderteekend, benevens de schatter. F.W. Merkurius - A.L. de Jong - J.A. Slottje - J. de Jong - R. Rooker - P. Coz?e - Uiltje B. Westerterp - W.A. Evertsz."
|