Notes |
- "De door Koopmans eerste gekochte zathe onder Hendswoude bij de Leppedijk gelegen is door mijn [Lieuwe Jans de Jong] zwager en zuster gehuurd, moetende de huurder de huizinge betalen en bovendien een huur in geld van 475.=, drijgende dan nog een stuk maadland van ongeveer 4 bunders erbij, metende alzo de zathe thans groot te zijn ongeveer 28 bunders."
- "Dezen dag zijn mijn [Lieuwe Jans de Jong] zwager en zuster naar de door hun gehuurde zathe vertrokken, thans door de weduw W.A. de Boer verlaten."
- "Heden zijn hier in ons [Lieuwe Jans de Jong] Dorp getrouwd in het bijwezen van ons vier getuigen P.U. de Zee, O.F. Boonstra, L.J. de Jong, en H.P. de Zee naar twee voorafgaande aflezingen van trouwbeloften Meindert Ulkes de Haan en onze nicht en meid Jantje Gosses Putting."
- "Ik [Lieuwe Jans de Jong] heb met mijn zwager O.F. Boonstra naar Groningerland om koeijen geweest, voor mij zelve; gister weder terug gekomen en heden drie koeijen 't huis gekregen voor een somma van ongeveer 207 de drie 't zaam."
- "Gister tot onzen [Lieuwe Jans de Jong] broeder Hans naar Zwol geweest met onze zwager O.F. Boonstra en heden weder terug. Gezond, vrolijk en wel te moede met al zijn kameraden, ook mijn gewezen knecht Sijtze."
- "Met onze [Lieuwe Jans de Jong] Moeder en Wijtze F. Boonstra naar Smalbrugge naar Zwager en zuster Boonstra geweest, vindende hun gezond en weltevreden, hunne boerderij wenschelijk; was voor ons allen genoegelijk."
- "Gister met ons [Lieuwe Jans de Jong] vieren als broeders Hans, Uiltje en Fokke naar zuster en zwager naar Smalbrugge geweest, vindende hun gezond en hun boerderij in redelijk goede stand. Heden terug."
- "Terug met mijn [Lieuwe Jans de Jong] dogtertje en mijn ouders van een tweedaags bezoek bij onze zwager en zuster Boonstra te Smalbrugge, allen God dank gezond en wel."
- "Heden vertrekken zwager en zuster Boonstra van ons [Lieuwe Jans de Jong] huis om weder naar Smalbrugge te rijden, doch het zal zeer gevaarlijk zijn daar het zoo buitengewoon dooit, dat met de avond het ijs reeds zeer gevaarlijk is."
- "Terug [Lieuwe Jans de Jong] van een uitstapje naar Oostsmalbrugge bij zuster en zwager Boonstra met mijn kindertjes en hun oom; in het heenzeilen een bezoek afleggende op de zathe te Zandgaast, zullende worden bewoonde bij J.P. Eenshuistra en M.D. Hooghiemster op Mei aanstaande. Waren gezond en wel."
- "Dezen nacht terug van een tweedaags bezoek met mijne [Lieuwe Jans de Jong] beminde bruid en mijne twee lieve kinderen aan onze zuster en zwager Boonstra van Smalbrugge, doende onderwegen een bezoek aan mijner kinderen Moei en Oom Eenshuistra te Zandgaast."
- "Zwager en zuster Boonstra kwamen een paar daags bezoek afleggende bij onze [Lieuwe Jans de Jong] ouders."
- "Boelgoed ten huize onzer [Lieuwe Jans de Jong] en zwager te Oostsmalbrugge, gemeente Dijken, digt aan Woudsend!!!"
- "Onze [Lieuwe Jans de Jong] oom van der Schaaf ontfing uit de boedel van O.F. Boonstran en zuster E.J. de Jong de van 't geen hem toekwam, zullende hetzelve ongeveer de boedelliquidatie zijn, 200 van 600."
- "Zondag. Gister avond de dampartijen in ons Dorp ge?indigd om een zilveren tabaksdoos en een dito uitpluizer tot premie. Elf spelers waaronder ik [Lieuwe Jans de Jong] en broeders Hans en Fokke en zwager Oene, welke vier de laatste partijen waren. Hans de prijs en ik de premie. Goede Vrijdag begonnen, vier avonden gestreden. Hans heeft het gewonnen van K.D. van der Ploeg, O.F. Boonstra en L.J. de Jong. L.J. de Jong gewonnen van Dr. Ferwerda, G.P. Eizinga en F.P. de Zee. F.P. de Zee gewonnen van A.K. de Groot, G.A. Dijkstra. O.F. Boonstra gewonnen van M.T. Boontje. De elfde speler was D.J. Talman."
- "Wij [Lieuwe Jans de Jong] hebben 5 koeijen verkocht en afgeleverd; 2 O.F. Boonstra, ? 245.-, 3 H.A. Tiemema, ? 260.-, 't zamen ? 505.-. Een verruild met J.U. de Zee, ? 28.- toegegeven. Twee gekocht van S.H. Piersma, ? 172.- betaald."
- "Het vee is over het algemeen redelijk gezond, er zijn kalfvergooijers, maar die zijn er alle jaren. Geen tongziekte. Maar de gevreesde longziekte regeert aanmerkelijk in Friesland in verscheidene grietenijen en gemeenten. J.A. Vleer heeft reeds 19 dood. Halbe Wagenaar van Leeuwarden is de veearts en moet stuk voor stuk order geven voor afmaking. Door Hubert Ymer Rikker veraccijnst. Teunis Lieuwes Brouwer taxeert voor het veefonds, Oene Freerks Boonstra voor de boer. De slagters Jelles Herres van der Veen en Jan Louwes van der Meulen maken ze af. De agent Roelof Roker en adsistent Atze Jans Jager stoppen het ingewand, longen enz. in de grond. Het vleesch wordt naar het Dorp vervoerd en verkocht, 10, 11 ? 12 cents het pond, de ljirre of rookvleesch voor 12 ? 14 cents. Smeer voor ongeveer 35 cents, en de prijzen verflaauwen niet, doch dat alles kosteloos, zonder strijkgeld of onkosten (Jan Noordbeek, Notaris). J.A. Vleer krijgt ? der geakkordeerde waarde van ieder stuk gedood vee; al de andere kosten vallen voor het veefonds. Maar de prijzen zijn van allen niet bekend. De een beklaagt de verliezer, zegt: met het beest is ook het gemaak verloren. De ander zegt: het is ver boven de innerlijke en prijswaarde, Vleer heeft er geen schade van, behoudt zijn hooi. Denkt aan de spreuk van Vader Cats: Men moet veel brij koken om ieder de mond te stoppen."
- "De longziekte blijft bij J.A. Vleer nog heerschen. Bij H.P. Piersma hoort men niets hoe het met het vee gaat. Maar onrust, wrevel is bij de huisgenoten of vrouw of man, over dat geval. Het bordje van besmette longziekte staat op of bij hun erf, zijn vee is gemerkt, verboden om te verkopen of te kopen dan voor eigen waarborg, dat is: bij sterfte geen vergoeding uit het veefonds. Het afmaken of doden van het vee gaat op aanwijzing der veearts Wagenaar, onder consent van de Commissaris des Konings in Friesland, die het door hem getekende consent afgeeft. Bij ontfangst gaat men tot schatting en tot taxering over. De taxateurs genieten voor een koe ieder 1 gulden, voor twee koeijen 1,50 gulden, voor drie koejen 2 guldens enz., Brouwer en Boonstra beiden. Beiden bij H.H.H. geweest. Ook beiden bij H.P. Piersma geweest. In deze dagen kreeg J.A. Vleer een kalfje van een zijner koeijen op tijd (meest allen vergooijen ze de kalvers, dat is: zetten het kalf ontijdig af) en hij wenschte het te behouden, doch welhaast was het dood, en bij opening bleek het longziekte te zijn. Bij alle de gedoden bij J.A. Vleer zitten de longen aan de ribben gegroeid, sommigen als ineen gegroeid, zo vast dat longen stuk scheuren. Middelen? Men prijst: 1( zout in het drinken; 2) de snuit met teer bestrikken tot likking."
- Signator of Testament Kwitantie of Jeltje Hanzes van der Schaaf dated 6 Nov 1852.
- "Zondag. Onze [Lieuwe Jans de Jong] Leeraar Haga hield een toepasselijke rede over den man van gister naar aanleiding van Lucas 15 vs 3-7, schetzende zijn leven, bedrijf, berouw en bekering. Zeer schoon voorbeeld voor allen. Het kan niet misschen hem in veler gunst herstellende."
- Boonstra Fam. 55, p. 193 V-3 VIa [6]
|