Notes |
- "De zoo zeer gevreesde longziekte, die in Holland zoo lang geheerscht heeft, en zoo men berekent 40.000 stuks heeft verslonden, is in Friesland uitgebroken, Nyega en Doniawerstal bij de boer Symen Jans Knol. Den 1sten dezer des avonds kwam berigt bij de Gouverneur, die terstond de President der geneeskundige commissie van onderzoek en toeverzicht in deze Provincie met de veeartsen W. Mossel van Leeuwarden en E. Planting van Wolvega heenzond, welke hetzelve na onderzoek bevestigden. Negen stuks waren aangedaan. En de Gouverneur heeft terstond order gegeven om deze zieken zoo wel als de gezonden ten algemene koste te doen doodmaken om menschelijkerwijze het kwaad in den begin te stuiten. Bij het afmaken der beesten waren zeer weinigen, die geen ziekte aanwezen, meest allen waren de longen min of meer aangedaan."
- "Bij Tjerk Jelles Schuurmans te Warga was de longziekte uitgebroken den 23 Jan., 1 dood en 5 zieken. Op order van de Gouverneur zijn allen afgemaakt, 32 stuks waaronder een kalfje van 3 dagen. 7 waren nog volmaakt gezond, zonder kenteken van ziekte, 25 waren besmet, waaronder het jong kalfje. En een drie ellen diepe groeve begraven, eerst de huid met een mes in stukjes gekorven, met kalk overdekt. Al wat los zat, de touwen, de klederen der boer, arbeiders, schatters en der beide veeartzen Mossel van Leeuwarden en van den Bosch van Akkrum, zijn verbrand. De mesthoop met kalk overdekt. Menschelijkerwijs de beste wijze om het kwaad te keren, ofschoon het wat onnatuurlijk schijnt."
- verzoek tot verhooging zijner toelage uit de provinciale fondsen
- "De longziekte in Utingeradeel, Courant 1850 April. Een afgemaakt onder de veearts Mossel bij de weduw Hessel Fokkes bij de Oudeschouw onder Akkrum. Wij hebben gehoord hierover onze [Lieuwe Jans de Jong] gewone veearts Teunis Lieuwes Brouwer. Gehoord hierover de veeschatter Hubert Ymes Rikker, en door de laatste ook het advies der slagter. Dezen ontkennen deze zaak, geloven niets met al van deze ziekte. Bij de slagting is gebleken, zeggen zij, dat het was 'het gele water', groote harde lever, groote en overvloeijende gal. Zij ontvangt driekwart waarde. In deze leste helft van April geen nieuwe gevallen in onze Grietenije. O die lieve dukaten, er wordt menig leugentje om gedaan, nog meer overtuigd van hunne der veeartzen uit Utrecht gekomen onkunde of geldzucht.
- "Longziekten vermindert? Schade voor veearts Mossel."
- "De longziekte heerscht nog in Friesland. Een geluk voor Mossel en zijn consorten? Foei!!!!"
- "De moorerijen van doding van vee op gezag van de veeartzen, die van ieder ziek en doorn hun bevel gedood koebeest 5 guldens genieten? Mossel. Zie April 1850."
|